Overzicht baten en lasten
Bestuur | R2022 | B2023 primitief | B2023 na wijziging | R2023 | Saldo |
---|---|---|---|---|---|
Lasten | 1.925 | 2.217 | 2.368 | 1.961 | 406 |
Baten | 304 | - | - | 20 | 20 |
Saldo baten en lasten | -1.621 | -2.217 | -2.368 | -1.942 | 426 |
Toevoegingen aan reserves | - | - | - | - | - |
Onttrekkingen aan reserves | - | - | - | - | - |
Saldo reserves | - | - | - | - | - |
Saldo | -1.621 | -2.217 | -2.368 | -1.942 | 426 |
Lasten
De lasten op dit deelprogramma zijn € 0,40 miljoen lager dan begroot. Hiervan wordt € 0,07 miljoen veroorzaakt door het nog over te hevelen budget 'Projectleider participatie' (zie paragraaf 4.1.3.1)
De voorziening wethouderspensioen is berekend op netto contante waarde. In de begroting is een jaarlijkse toevoeging aan de voorziening opgenomen als kapitaalopbouw voor de pensioenen op moment van uitbetaling of waardeoverdracht naar de pensioenuitvoerder van een nieuwe werkgever. Hiervoor wordt door een externe actuaris een berekening opgesteld, waaruit blijkt wat het huidige- en toekomstige niveau van de voorziening moet zijn om de pensioenaanspraken te kunnen financieren. Uit de berekening blijkt dat het opgebouwde kapitaal op dit moment lager is dan het benodigde kapitaal. Met name door de indexatie van de pensioenuitkeringen met 3,3% is een tekort ontstaan van € 0,03 miljoen in de pensioenvoorziening.
Omdat het opgebouwde kapitaal in de voorziening wethouderspensioenen lager was dan het op dit moment benodigde kapitaal, is een toevoeging aan de voorziening wethouderspensioenen nodig. Bij het opstellen van de begroting is rekening gehouden met een hogere dotatie. Hierdoor ontstaat een voordeel op de lasten van € 0,15 miljoen op de voorziening wethouderspensioenen.
Vanwege de te hoge voorziening met als gevolg een onttrekking, ontstaat er ook een voordeel op de baten van € 0,02 miljoen.
Daarnaast zijn er op bestuurlijke budgetten € 0,12 miljoen minder kosten gemaakt aan declaraties, cursussen, adviezen en dergelijke. Ook 2022, 2021 en 2020 liet een soortgelijk beeld zien. Het betreft € 0,08 miljoen op budgetten die voor de raad zelf zijn bestemd en € 0,04 miljoen op budgetten die door de gemeentelijke organisatie worden beheerd.
Het restant aan lagere kosten van € 0,06 miljoen komt door diverse andere kleine afwijkingen.