Overzicht baten en lasten

Bestaanszekerheid, arbeidsparticipatie en inburgering

R2022

B2023 primitief

B2023 na wijziging

R2023

Saldo

Lasten

12.606

10.696

14.565

14.526

38

Baten

6.325

5.599

7.545

7.405

-140

Saldo baten en lasten

-6.281

-5.097

-7.019

-7.121

-102

Toevoegingen aan reserves

-

-

-

-

-

Onttrekkingen aan reserves

-

-

-

-

-

Saldo reserves

-

-

-

-

-

Saldo

-6.281

-5.097

-7.019

-7.121

-102

Toelichting Lasten

Lagere lasten voor de Wet Inburgering (€ 0,12 miljoen). De geprognotiseerde taakstelling is vermenigvuldigd met 70% om op voorhand een inschatting te krijgen van het aantal asielstatushouders dat inburgeringsplichtig is. Op basis van dit aantal ontvangen gemeenten voorlopige gelden om uitvoering te kunnen geven aan de Wet Inburgering 2021. Deze middelen mogen echter middels een reserveringsregeling ook voor de komende jaren worden ingezet. In 2023 waren de uitgaven lager dan de ontvangen gelden. Daar tegenover staan ook lagere inkomsten. De niet bestede inkomsten worden middels de reserveringsregeling in de SPUK regeling doorgeschoven naar volgend jaar. De definitieve inkomsten voor 2023 worden volgend opnieuw bekend op basis van de werkelijk gerealiseerde aantallen en ook in dat jaar verrekend.

Lagere lasten voor het verstrekken van Energietoeslag (€ 0,30 miljoen). Het Rijk heeft gemeenten een compensatie gegeven voor het verstrekken van Energietoeslag aan inwoners met een laag inkomen. De gemeente heeft in 2023 huishoudens, die leven van 130% van het sociaal minimum, Energietoeslag uitbetaald. De termijn voor het aanvragen van Energietoeslag loopt door tot en met 31 januari 2023. Als gevolg hiervan heeft nog niet voor alle aanvragen in 2023 een verstrekking plaatsgevonden. Hierdoor is er een onderbesteding in de verstrekkingen en uitvoeringskosten die, zoals staat aangekondigd in het raadsvoorstel over de Energietoeslag, worden overgeheveld naar 2024.

Lagere uitgaven armoedebeleid (€ 0,13 miljoen). In de meicirculaire stelde het Rijk in 2023 incidenteel € 0,05 miljoen beschikbaar om meer inwoners te bereiken die te maken hebben met de gevolgen van de hoge inflatie. Daarnaast ontvingen gemeenten ook € 0,04 miljoen om de dienstverlening op het gebied van armoede en schulden te verbeteren. Eind 2023 is de nota bestaanszekerheid als basis om volwaardig mee te kunnen doen door de gemeenteraad vastgesteld. In dit kader is aangekondigd dat er pilots zullen worden uitgevoerd om het bereik van de regelingen te vergroten en om inwoners met geldzorgen vroegtijdig te bereiken. Tevens is één van de doelstellingen uit de nota bestaanszekerheid om een uitvoeringsplan op te stellen en te implementeren voor het optimaliseren van schuldhulpverlening. Door de vaststelling van de nota eind 2023 konden deze middelen (totaal € 0,09 miljoen) niet meer in 2023 voor de betreffende doeleinden worden ingezet. Wel worden deze middelen betrokken bij de overhevelingen naar 2024.

Daarnaast is er vanuit de eerste Turap 2023 eenmalig € 0,04 miljoen toegekend voor de invoering van sociaal raadslieden ter uitbreiding van het financieel preventief veld. Deze opdracht werd neergelegd bij maatschappelijk partner Uithoorn voor Elkaar. Door personele uitdagingen is het in 2023 niet gelukt om invulling te geven aan deze nieuwe functie.

Hogere lasten door inhuur voor vervanging bij langdurige ziekte en invulling vacatureruimte (€ 0,11 miljoen). Er zijn het afgelopen jaar grote uitdagingen geweest voor werkzaamheden met betrekking tot bestaanszekerheid waarbij geen uitstel wenselijk was. Zo moest onder andere de nota bestaanszekerheid worden opgesteld en de energietoeslag worden vormgegeven. Door het tijdelijk wegvallen van personeel en tussentijds ontstane vacatureruimte is er voor gekozen de op korte termijn noodzakelijke expertise voor deze werkzaamheden door middel van inhuur in te vullen.

Hogere lasten DUO+ door inhuur voor vervanging langdurige ziekte. Tevens is de vacatureruimte voor het afdelingshoofd en teamleider Participatiewet ingevuld door inhuur. De inhuur was hoger dan de beschikbare vacatureruimte (€ 0,24 miljoen).

Hogere lasten dotatie voorziening voor dubieuze debiteuren Sociaal domein (€ 0,14 miljoen). Als uitwerking van het accountantsverslag 2022 heeft er een herijking plaatsgevonden van de beoordeling van oninbaarheid van de openstaande debiteuren binnen het Sociaal domein. Voor afzonderlijke debiteurengroepen is een nieuwe inschatting gemaakt van het risico op eventuele oninbaarheid van openstaande vorderingen. Deze herijking leidt tot een ophoging van de voorziening.

Hogere lasten door diverse overige kleine verschillen (€ 0,02 miljoen)

Toelichting Baten

Lagere baten voor de Wet Inburgering (€ 0,12 miljoen). De toelichting van dit verschil is verder toegelicht aan de lastenzijde van dit deelprogramma.

Hogere baten als gevolg van terugvorderingen en terugbetaling van leenbijstand (€ 0,11 miljoen). Daarnaast heeft er een onttrekking aan de voorziening dubieuze debiteuren plaatsgevonden voor het afboeken van oninbare openstaande vorderingen.

Hogere baten door een hogere definitieve vergoeding vanuit de gebundelde uitkering voor het bekostigen van de bijstand en loonkostensubsidies (€ 0,05 miljoen).

Lagere baten Tijdelijke Overbruggingsregeling Zelfstandige Ondernemers (TOZO) (€ 0,23 miljoen). Vanuit de Specifieke uitkering mogen alleen de werkelijke oninbare vorderingen vanuit verstrekt bedrijfskapitaal worden gedeclareerd bij het Rijk. In 2022 was echter de vorming van de voorziening als declarabel opgenomen. Als gevolg van deze andere uitleg van de regeling moet in 2023 bij het opmaken van de jaarstukken deze baten worden teruggedraaid. Dit houdt in dat er in 2023 een eenmalig nadeel onstaat en eventuele toekomstige oninbare vorderingen als baten in het jaar worden opgenomen waarin ze daadwerkelijk zijn ontstaan.

Hogere baten door diverse overige kleine verschillen (€ 0,05 miljoen).

Stel uw tan:document zelf samen

SELECTIE

0 - geselecteerd

Direct downloaden


Volledige pdf