Financiële positie in kengetallen

Onderstaande kengetallen moeten verplicht in de jaarrekening worden opgenomen. Deze getallen kunnen helpen bij de beoordeling van de financiële positie van de gemeente. Het geeft inzicht in de financiële ruimte waarover de gemeente al dan niet beschikt om structurele en incidentele lasten te kunnen opvangen. De financiële weer- en wendbaarheid. De raad heeft normen vastgesteld voor de kengetallen, en daarmee richting gegeven aan het financieel gezond beleid.

In het BBV zijn geen te behalen minimum of maximum waarden opgenomen, wel heeft de provincie Noord Holland, als financieel toezichthouder, zogenaamde signaleringswaarden gedefinieerd. Deze signaleringswaarden moeten worden gezien als een hulpmiddel om het risico per kengetal in te schatten. De provincie onderscheidt drie categorieën, namelijk A: minst risicovol (groen), B: gemiddeld risico (oranje) en C: meest risicovol (rood). In de onderstaande tabel worden de kengetallen en de bijbehorende signaleringswaarden getoond:

Kengetallen

A

B

C

Werkelijk 2022

Begroot 2023

Werkelijk 2023

Norm

Netto schuldquote

< 90 %

90-130%

> 130 %

39%

65%

38%

< 110%

Gecorrigeerde netto schuldquote

< 90 %

90-130%

> 130 %

37%

65%

40%

< 110%

Solvabiliteit

> 50 %

20-50%

< 20 %

43%

48%

44%

>35%

Structurele exploitatieruimte

> 0 %

< 0 %

< 0 %

6%

0%

2%

> 0%

Grondexploitatie

< 20 %

20-35%

> 35 %

6%

0%

0%

-

Belastingcapaciteit

< 95 %

95-105%

> 105 %

118%

109%

105%

-

Hierna wordt per kengetal weergeven welke verhouding wordt uitgedrukt, en wordt een beoordeling van de kengetallen gegeven.

Netto schuldquote en netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen

De schuldquote is de verhouding tussen schulden en jaarlijkse inkomsten. Een hogere schuld geeft een hogere netto schuldquote. Om inzicht te verkrijgen in hoeverre er sprake is van doorlenen wordt de netto schuldquote zowel in- als exclusief doorgeleende gelden weergegeven.

Solvabiliteitsratio

De solvabiliteitsratio drukt het eigen vermogen uit als percentage van het totale vermogen. Het laat zien welk deel van het gemeentebezit is afbetaald en geeft daarmee inzicht in de mate waarin de gemeente in staat is aan haar financiële verplichtingen te voldoen. Hoe hoger de solvabiliteitsratio, hoe groter de weerbaarheid van de gemeente. De mate van weerbaarheid geeft in combinatie met de andere kengetallen een indicatie over de financiële positie van een gemeente.

Grondexploitatie

De invloed van grondexploitaties op de financiële positie van een gemeente is relatief gering. Het kengetal grondexploitatie geeft aan hoe groot de grondpositie (de waarde van de grond) is ten opzichte van de totale (geraamde) baten van de gemeente. Overigens valt de grondexploitatie van Green Park Aalsmeer Gebiedsontwikkeling B.V. (GPA) hier niet onder. Uithoorn bezit 50% van de aandelen en staat garant voor een bedrag van € 50 miljoen.

Structurele exploitatieruimte

Voor de beoordeling van de financiële positie is het ook van belang te kijken naar de structurele baten en structurele lasten. Structurele baten zijn bijvoorbeeld de algemene uitkering uit het gemeentefonds en de opbrengsten uit de onroerendezaakbelastingen (OZB). Dit kengetal geeft aan hoe groot de structurele exploitatieruimte is. Een positief percentage betekent dat de structurele baten toereikend zijn om de structurele lasten te dekken.

Belastingcapaciteit

Deze indicator vergelijkt de woonlasten in de gemeente Uithoorn met landelijk gemiddelde tarieven. De woonlasten bestaan uit OZB en riool- en afvalstoffenheffing. De riool- en afvalstoffenheffing zijn in de gemeente Uithoorn kostendekkend.

De mate waarbij een tegenvaller kan worden bijgestuurd, wordt ook wel de wendbaarheid van de begroting genoemd. De belastingen en heffingen worden verder toegelicht in de paragraaf 'lokale heffingen'.

Beleid weerstandsvermogen en risicobeheersing

Binnen de gemeente worden de risico’s gemonitord. Per afdeling worden de risico’s en de ontwikkelingen daarbinnen bewaakt. De ontwikkelingen omtrent risico’s worden centraal bijgehouden en bij besluitvorming vormt risicomanagement een vast onderdeel. Het beleid is erop gericht om risico’s waar mogelijk te vermijden of anders maatregelen te treffen om risico’s te verkleinen of af te dekken. Bijvoorbeeld door verzekeringen. Voor risico’s die niet afgedekt zijn moet de gemeente een weerstandsvermogen hebben.

Risicoprofiel en bepaling van de benodigde weerstandscapaciteit

Minimaal tweemaal per jaar wordt er op basis van de geïnventariseerde risico’s een risicoprofiel samengesteld. Op basis van deze inventarisatie bedraagt bedraagt het risicoprofiel € 4,76 miljoen.

Belangrijkste risico’s

Op basis van de inventarisatie is de omvang van de risico’s weergegeven in onderstaande tabel.

Volgnr.

Risico-omschrijving

Verwacht (maximaal) risicobedrag

Kans op voordoen

Status

Incidentele risico's

1.

Greenpark Aalsmeer Gebiedsontwikkeling (GPAG

2.000

Gemiddeld

Bestaand

subtotaal incidentele risico's

2.000

Structurele risico's

2.

Bundeling Uitkeringen Inkomensvoorzienigen Gemeenten (BUIG)

500

Gemiddeld

Bestaand

3.

Uitgaven Jeugdzorg

900

Gemiddeld

Bestaand

4.

Herrijking verdeling Gemeentefonds

1.270

Hoog

Bestaand

subtotaal structurele risico's

2.670

Totaal

4.670

Niet kwantificeerbare risico's

5.

Continuïteit ambtelijke capaciteit

N.v.t.

N.v.t.

Nieuw

6.

Economische ontwikkelingen: prijsinflatie, rente, recessie

N.v.t.

N.v.t.

Bestaand

7.

Juridische kwesties/aansprakelijkheid

N.v.t.

N.v.t.

Bestaand

8.

Wet DBA (deregulering beoordeling arbeidsrelatie)

N.v.t.

N.v.t.

Nieuw

Incidentele risico's

Green Park Aalsmeer (GPA)

Het belangrijkste risico van de gemeente Uithoorn is een toename van het tekort op de exploitatie van GPA. Gemeenten Uithoorn en Aalsmeer participeren beiden voor 50% in GPA. Beiden staan voor 50% garant voor een bedrag van maximaal € 100 miljoen voor GPA. GPA is in 2004 opgericht om een bedrijventerrein te realiseren aan de omgelegde N201. Ook was het de bedoeling om de gemeentelijke bijdrage aan de omlegging van de N201 te betalen met het financiële resultaat van de grondexploitatie. Bij een tekort op de grondexploitatie wordt de gemeente uit hoofde van de garantstelling aangesproken voor dit verlies.

Op basis van de per 1 juli 2023 geactualiseerde GREX kan de conclusie getrokken worden dat het risico van Green Park Aalsmeer Gebiedsontwikkeling B.V. inmiddels flink is gedaald. De uitkomst van de actualisatie van de grondexploitatie per 01 juli 2023 luidt, dat het resultaat van de totale onderneming (geactualiseerde grondexploitatie per 1 juli 2023 van het ontwikkelingsbedrijf en het erfpachtbedrijf) inmiddels dankzij enkele gerealiseerde majeure verkopen op netto contante waarde nu wordt ingeschat op € 1,533 miljoen negatief (netto contante waarde per 01-07-2023). Daarnaast bestaat er een kans dat het uiteindelijk resultaat nog € 1,3 miljoen mee zou kunnen vallen waarmee uiteindelijk afgerond het bereiken van een budgettair neutraal eindresultaat tot de mogelijkheden behoort.

Een gevolg is bovendien dat de liquiditeitsbehoefte scherp daalt. Per 30 juni 2024 zou de behoefte nog ca. € 60 miljoen kunnen bedragen waarvoor de gemeenten Aalsmeer en Uithoorn ieder voor 50% garant staan. Voor de per 01 juli 2024 aflopende financieringsovereenkomst met de BNG wordt met dit gegeven een vervangende contractpartij gezocht.

Beheersmaatregelen

De gemeente Uithoorn neemt samen met de gemeente Aalsmeer deel aan de Algemene vergadering van Aandeelhouders (AVA). De directie van GPAG monitort continu de ontwikkelingen, waardoor de AVA in staat wordt gesteld om als de actuele situatie daarom vraagt, direct handelend op te treden.

Structurele risico's

Bundeling Uitkeringen Inkomensvoorzienigen Gemeenten (BUIG)

Risicobedrag € 500.000

Nadere omschrijving risico

Via de Participatiewet (BUIG) verstrekt de gemeente een uitkering om in het levensonderhoud te voorzien. Het macrobudget voor deze uitkering wordt vastgesteld door het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en via verdeelstaven jaarlijks in september tijdens het desbetreffende uitvoeringsjaar toegewezen aan gemeenten. Gemeenten die geld overhouden, mogen dit behouden. Gemeenten kunnen echter ook geld tekortkomen indien de uitkering van het Rijk onvoldoende is om de bijstandslasten te dekken. Ons maximaal risico wordt in beginsel bepaald op 7,5%. De kans dat dit risico zich voordoet, gebaseerd op ervaringen uit het verleden, kan als "gemiddeld" worden gekwalificeerd.

Beheersmaatregelen

De gemeente kan, bij een omvangrijk tekort, onder voorwaarden in aanmerking komen voor een aanvullend budget, de zogenaamde "vangnetuitkering". Deze vangnetuitkering biedt financiële ondersteuning om het tekort op te vangen en te zorgen voor de continuïteit van de dienstverlening aan onze burgers.

Uitgaven Jeugdzorg

Risicobedrag € 900.000

Nadere omschrijving risico

Het risico, naast de gebruikelijke stijgingen die we altijd hebben ervaren, ligt vooral in het uitblijven van de financiële effecten van de maatregelen vanuit de hervormingsagenda Jeugd voor Uithoorn. De invulling van de hervormingsagenda door het Rijk en verschillende partners heeft vertraging opgelopen. In 2024 en 2025 hebben we daarom alvast de ramingen incidenteel verhoogd met € 503k. Daarbij blijft voor de jaren daarna het risico bestaan dat de maatregelen vanuit de hervormingsagenda in Uithoorn niet zullen worden gerealiseerd, maar landelijk wel (op basis van de beoordeling door de ingestelde commissie), waardoor we geen compensatie zullen ontvangen voor de hogere kosten in de Jeugdzorg. De kans dat dit risico zich voordoet, gezien onze ervaringen uit het verleden, kan worden gekwalificeerd als "gemiddeld". Dit betekent dat we ons bewust moeten zijn van deze mogelijkheid en passende maatregelen moeten treffen om eventuele financiële gevolgen te beheren.

Tegelijkertijd is er ook landelijk beleid dat bijdraagt aan een toenemend beroep op jeugdhulp. Zo zijn er wachtlijsten voor de volwassenen GGZ, terwijl een aanzienlijk deel van de ouders van jeugdigen met hulp GGZ-problematiek hebben. Ook is er een hoge drempel voor een beroep op de Wet Langdurige Zorg, waardoor jeugdigen op hulp vanuit gemeenten zijn aangewezen. En verder is de toegang tot hulp op basis van de Jeugdwet ruim geformuleerd en een open einde regeling. Deze factoren maken sturen op de kosten van de jeugdhulp complex.

Beheersmaatregelen

In het kader van het programma datagedreven sturen is onderzocht welke maatregelen voor kostenbeheersing er mogelijk zijn, onder meer op basis van landelijke onderzoeken en in lijn met de richting van de Hervormingsagenda. Deze sturingsmogelijkheden worden door een multidisciplinair actieteam van de DUO-gemeenten uitgewerkt in een concreet plan.

Herijking verdeling Gemeentefonds

Risicobedrag € 1.270.000

Nadere omschrijving risico

Met ingang van 1 januari 2023 is sprake van de invoering van een nieuwe verdeling van de algemene uitkering. De huidige situatie is nog niet het eindstation en het model zal continu onderhoud vragen. De Raad voor het Openbaar Bestuur heeft daartoe een onderzoeksagenda voorgesteld. De VNG heeft aangegeven het van belang te vinden dat de ROB, de VNG en gemeenten nauw bij de uitvoering van de onderzoeksagenda betrokken worden.

De planning is dat begin 2025 een evaluatie wordt opgeleverd. In de huidige situatie is Uithoorn een nadeelgemeente. Er is afgesproken dat gemeenten vooralsnog gecompenseerd worden voor het voor- danwel nadeel, welke hoger is dan het afgesproken ingroeipad. Voor Uithoorn houdt dit in dat er in de jaren 2025 en verder een positieve compensatiepost (suppletie-uitkering) is opgenomen. In beginsel zou bij het volledig doorvoeren van de herijking de verwachting zijn dat deze post komt te vervallen en daarmee een negatief effect gaat krijgen. Dit bedrag vormt dus een risico binnen het gemeentefonds en ook de begroting, want het bedrag kan, mede door de evaluatie, op een later moment weer anders uitpakken. De kans dat dit risico zich voordoet, kan als "hoog" worden gekwalificeerd.

Beheersmaatregelen

We houden nauwlettend de ontwikkelingen op het gebied van de herijking bij door deel te nemen aan bijeenkomsten van het Ministerie en de VNG. De beïnvloeding is beperkt omdat dergelijke besluiten vooral op macro-niveau worden afgewogen.

Nog niet te kwantificeren risico's

Continuïteit ambtelijke capaciteit

Nadere omschrijving risico

Met de krappe arbeidsmarkt waar we als gemeente momenteel mee te maken hebben is het geen vanzelfsprekendheid meer dat alle functies van de gemeentelijke organisatie nagenoeg ingevuld zijn. Het risico bestaat dat ervaren medewerkers naar een andere werkgever vertrekken en dat ontstane vacatures moeilijk goed in te vullen zijn. Hierdoor kan de continuïteit van het werk in gevaar komen en kunnen (wettelijke-) taken niet of niet goed worden uitgevoerd en verdwijnt opgebouwde kennis en ervaring. Vaak wordt dan capaciteit, zowel in uren als in kennis, ingehuurd. Dit is kostbaar en er wordt geen ervaring en kennis opgebouwd. Daarnaast is door de krapte inhuur niet altijd mogelijk.

Beheersmaatregelen

Het MT heeft een plan opgesteld en in uitvoering genomen om medewerkers te binden en te boeien. Dit bestaat onder andere uit: team-buildingsactiviteiten, het meewerken aan ontwikkelmogelijkheden voor medewerkers, een goed inwerkprogramma voor nieuwe medewerkers etc.

Economische ontwikkelingen: prijsinflatie, rente, recessie

Nadere omschrijving risico

Economische ontwikkelingen hebben altijd al invloed gehad op ons als gemeente en op onze inwoners en bedrijven. Maar door de voortschrijdende internationalisering van de productie van goederen en diensten raken nationale economieën steeds meer met elkaar verweven. Dat geldt zeker voor een open economie als de Nederlandse. De gevolgen van gebeurtenissen elders in de wereld, zoals bijvoorbeeld de oorlog in Oekraïne, hebben daarmee grote invloed op de financiële huishouding van onze gemeente. Hoge prijsstijgingen, oplopende rentetarieven en daarmee de toenemende zorg over de bestaanszekerheid bij lage en modale inkomens zijn het gevolg van de huidige economische ontwikkelingen. Het is lastig een goede inschatting voor de toekomst te maken, aangezien economische ontwikkelingen moeilijk zijn te voorspellen.

Beheersmaatregelen

Zowel op Rijksniveau als op lokaal niveau nemen we maatregelen om de financiële gevolgen voor burgers en bedrijven te verzachten. We zijn voor de financiële gevolgen echter in grote mate afhankelijk van maatregelen en compensatie van het rijk.

Juridische kwesties/aansprakelijkheid

Nadere omschrijving risico

Bij de uitvoering van de gemeentelijke taken heeft de organisatie te maken met een veelheid aan wetten en regels. Dit betekent dat de organisatie risico loopt bij het doen en laten van handelingen bij die uitvoering van haar taken. Dit kan aansprakelijkheidsstellingen, schadevergoedingen, en imagoschade tot gevolg hebben.

Beheersmaatregelen

Hiervoor worden instrumenten ingezet als audits, procesmatig werken, en voorlichting en instructie van medewerkers. Daarnaast zal het verbeteren van de juridische kwaliteitszorg in samenwerking met het team Juridische Zaken worden opgepakt.

Wet DBA (deregulering beoordeling arbeidsrelatie)

Nadere omschrijving risico

Het bij inhuur ten onrechte aanmerken van arbeidsrelatie als een overeenkomst van opdracht kan vergaande gevolgen hebben. Dit houdt namelijk in dat de arbeidsrelatie vanuit fiscaal- en sociaalzekerheidsrechtelijk oogpunt wordt aangemerkt als dienstbetrekking met als gevolg dat (na)heffing van loonheffing, werknemerspremies en pensioenpremies plaats kan vinden en achteraf aanspraak gemaakt kan worden op uit de CAO voortvloeiende verplichtingen. Om de arbeidsrelatie tussen een werkende en een werkgevende duidelijk te krijgen, is de Wet DBA geïntroduceerd. 

Als beheersmaatregel hierop is eind 2023 ingevoerd dat alle inhuur wordt geregeld door middel van een broker. Naast de aanbesteding verzorgt de broker de toets op juiste kwalificatie van de arbeidsrelatie en toepassing van een door de belastingdienst goedgekeurde (model)overeenkomst van opdracht. Desalniettemin is niet te overzien of inhuur welke in het verleden (2023 en eerder) heeft plaatsgevonden door de belastingdienst kan worden her beoordeeld als arbeidsovereenkomst.

Volgens ons beleid moet het risicoprofiel worden afgedekt met de risicoreserve. De risicoreserve moet een weerstandscapaciteit bevatten van minimaal € 4,76 miljoen. De Algemene risicoreserve (na resultaatbestemming) bedraagt per 31-12-2023 € 48,0 miljoen. Daarmee is de Algemene risicoreserve ruim boven het vereiste niveau.

Overigens kunnen naast de Algemene risicoreserve andere onderdelen worden aangemerkt als weerstandscapaciteit. Zoals de Budgetegalisatiereserve en eventuele stille reserves. Ook belastingcapaciteit kan als weerstandsvermogen worden aangemerkt. Zie kengetallen in deze paragraaf. Indien noodzakelijk kan een beroep op deze onderdelen worden gedaan.

Conclusie weerstandsvermogen

Beoordeling weerstandscapaciteit

Benodigd weerstandsvermogen (a)

4,7 miljoen

Stand Algemene risicoreserve per 31-12-2023 (incl. resultaatbestemming) (b)

46,7 miljoen

Overschot weerstandsvermogen

42,0 miljoen

Gemiddelde ratio weerstandsvermogen (c= b / a )

9,9

Het weerstandsvermogen wordt bepaald door het risicoprofiel (€ 4,76 miljoen) af te zetten tegen de beschikbare weerstandscapaciteit. Hieruit volgt een ratio die de mate van weerstandsvermogen van de gemeente aangeeft. De beschikbare weerstandscapaciteit wordt in deze berekening beperkt tot de stand van de Algemene risicoreserve (€ 46,7 miljoen). De ratio komt uit op 9,9. In zijn algemeenheid wordt dit beoordeeld als ruim voldoende weerstandsvermogen. Dat wil zeggen dat beschikbare weerstandscapaciteit toereikend is om de (financiële) gevolgen van de geïnventariseerde risico’s op te vangen.

De ratio van 9,9 is ten opzichte van 2022 (4,4) aanzienlijk toegenomen. Dit wordt veroorzaakt door afname van het risicoprofiel van Green Park Aalsmeer en toename van de algemene risicoreserve met het rekeningresultaat (na voortgestelde bestemming).

Stel uw tan:document zelf samen

SELECTIE

0 - geselecteerd

Direct downloaden


Volledige pdf